KANAALGRAVERS UIT DE VERGETENHEID

beeckestijnZoals wij met ‘Zicht op water’ de kanaalgravers uit de vergetelheid willen halen, doen anderen dat op hun eigen manier. Rie van Schie schreef als eerbetoon aan de kanaalgravers van het Noordzeekanaal het volgende gedicht:

Landgoed Beeckestijn

Zoals een vrouw in een huis vol herinneringen
doolt, zo bewoon ik dit groen, deze lege zee
zo raken mijn voeten de grond hier
alsof ze hun plek weer innemen. Er tuimelt
een kever van mijn vest. Ik vraag om een stoel.

Dus tot hier stond het water tot aan deze parelende
stoepstenen, hier dreef de krater de gemoederen in
terwijl ruige ruggen zich opmaakten voor de grote reis
van oost naar west, het sjofele lijf omgordt met spade
en kroost in hun diepte het ruisen van kwetsbare organen.

IJskoud het zweet bouwden ze aan een kunstwerk dat het
Noordzeekanaal heet. Ze kliefden de duinen, bouwden
er huizen De Breesaap werd IJmuiden, een gat een stad
het volk de vissers. En de schepen kwamen breed gebaand
hun ruimen gevuld, werpend hun schaduw.

De warme juli wind strijkt de paden glad. Ik vraag om
een vissoep, begin aan mijn gedicht. Alles begint met
honger.

© Riet van Schie